Thomas a Kempis,
Leven van de maagd Lidewijde, Amsterdam: Thöne, 1923, 160 p.
2e hands verkrijgbaar via www.antiqbook.nl of te lenen via o.a. de Koninklijke Bibliotheek
De middeleeuwse augustijner kanunnik, schrijver en mysticus Thomas a Kempis was niet alleen verantwoordelijk voor
Over de navolging van Christus, maar beschreef eveneens het levensverhaal van Liduina:
Het leven van de maagd Lidewijde. Rond 1448 bewerkte Thomas a Kempis de
Vita prior op verzoek van enige reguliere kanunniken uit het Sint-Elisabethklooster te Rugge bij Den Briel.
A Kempis geeft in feite een oordeelkundige bewerking van de Vita prior van Brugman. Kempis heeft een kritische verdeling gemaakt; het eerste deel handelt over Liduina's lichaamslijden. Nadat 'in het kort gesproken is over de vele krankheden en smarten' van deze heilige, moet in het tweede deel gesproken worden over haar geestelijke gunsten. Vanzelfsprekend eindigt de Vita met het verhaal van de drie wonderen om de heiligheid van deze maagd te staven.
Bron: Tilburg School of Catholic Theology